Spelregelvraag

Vraag 1
Een aanvaller bevindt zich in een buitenspelpositie, als hij:
A
zich dichter bij de doellijn bevindt van de tegenpartij dan zowel de bal als de voorlaatste tegenstander met enig deel van zijn hoofd, lichaam, voeten of armen
B
zich met enig deel van zijn hoofd of lichaam op de helft van de tegenpartij bevindt of op de middenlijn
C
zich op gelijke hoogte bevindt met de twee laatste verdedigers
D
zich dichter bij de doellijn bevindt van de tegenpartij dan zowel de bal als de voorlaatste tegenstander met enig deel van het hoofd, lichaam of voeten
Vraag 1 
Het juiste antwoord is D. Armen zijn niet bepalend voor de buitenspelbepaling.
Er is nog 1 vraag te beantwoorden.
Terug
Grijze blokken zijn reeds beantwoord.
1
Terug

Geef een reactie